Ga naar de inhoud

Onze Samenleving is méér waard!

We hadden het in 2014 beter dan in 1914, beter dan in 1954, beter dan in 1974 en zelfs beter dan in 1994. Dat leerde onze minister-president ons vorig jaar in zijn Septemberverklaring. Zelf kijken wij op de snelweg van deze uitzonderlijke tijden liever door de voorruit dan in de achteruitkijkspiegel. Een ongeluk is gauw gebeurd. En wie echt vooruitziend is, kan er niet naast kijken: het is tijd voor een afslag, voor een nieuw spoor, een nieuwe bestemming.

Wat zien we vandaag? Gezag en sturing van bovenuit moeten het steeds meer afleggen tegen het brede initiatief van onderuit. Naast supermarkten ontstaan zelfvoorzienende volkstuinen. Naast grote mediagroepen winnen bloggers in aanzien. Naast traditionele politieke partijen is er de groeiende invloed en aantrekkingskracht van vele burgerinitiatieven. Ook het veilige onderscheid tussen ‘autochtonen’ en ‘allochtonen’ is ingehaald door hoe onze steden evolueren. De Rode Duivels zijn het nieuwe gelijk.

Enthousiast staat een nieuw horizontaal model te dringen om het oude verticale model naar de kroon te steken. ‘Samen’ wint het van ‘ieder voor zich’, zo zien we in vele deel-initiatieven en in de brede sociale beweging, op internet en bij nieuwe bedrijfjes. De effecten van deze ontwikkelingen zijn nog onduidelijk, er is nog veel chaos. Maar er loopt één rode draad door: de drang om de mens weer centraal te stellen, bevrijd van de dwingende structuren die hem vervreemden van zichzelf.

Politieke vernieuwing?

Je kan op twee manieren naar die kentering kijken. Je kan krampachtig proberen vasthouden aan het oude. Door blind te blijven geloven in economische groei en schaalvergroting. Door te blijven gokken op de fossiele industrie, zelfs al dreigt die in de nabije toekomst Londen, Antwerpen en Amsterdam onder water te zetten. Door discriminatie van mensen met een migratieachtergrond niet aan te pakken, praktijktesten af te blokken en nieuwkomers buiten de eigen achtertuin te proberen houden. Door je als regeringspartij te blijven beroepen op het primaat van de politiek, terwijl je op de knieën zit voor het primaat van de financiële markten.

Is achteruitkijken op de snelweg wel zo’n goed idee? Wat vandaag doorgaat voor ‘politieke verandering’ lijkt soms meer op de laatste stuipen van het heersende systeem sinds de jaren ‘80. De beurzen slepen zich van hartinfarct naar hartinfarct. Burgers moeten de regering voor de rechtbank dagen om haar milieuafspraken te doen nakomen. De harde besparingspolitiek heeft juist een omgekeerd effect, roepen vooraanstaande economen. Heet dat renovatie? Of gewoon afbraak? Wie alleen de vaste snelweg najaagt, ziet inderdaad geen alternatief.

De hand aan de ploeg

Wij, mensen en verenigingen die zich over sectoren heen verzameld hebben onder Hart boven Hard, kijken graag anders naar morgen. Wij zijn al met de kentering bezig, wij geven ze vorm. Het gonst van verrassende ideeën en van structurele oplossingen die de samenleving creatief uitdagen: dokters zonder drempel, experimenten met de kortere fulltimebaan, klimaat-neutrale steden, het kiwimodel, energiecoöperaties. Vele mensen nemen zelf het initiatief, zowel in sociale organisaties als met mantelzorg, translabs, samen-aankopen, autodelen, boerenmarkten, cohousing… De toekomst mee maken: stap je erin mee, of blok je alles af?

Wij werken aan wat het leven waard maakt te leven. Elke dag. Op de werkvloer. Thuis. In de crèche. Op school. In de zorg. In de vereniging. Wij, de opbouwwerkers die hemel en aarde bewegen voor een pas aangekomen gezin. Wij, de jeugdleidsters die ’s nachts wakker blijven voor een ziek kind op kamp. Wij, de klimaatactivisten die erin blijven geloven dat het nog niet te laat is. Wij, de alleenstaande moeders die het eigenlijk niet meer redden, maar het toch blijven beredderen. Voor hun kinderen. Voor onze kinderen. Voor onze toekomst.

Ons sociocultureel volwassenenwerk telt 180.000 vrijwilligers in 14.000 afdelingen. Ruim 600.000 kinderen en jongeren komen in contact met ons jeugdwerk, meteen de hoogste jeugdwerkindex ter wereld. Van het Netwerk tegen Armoede en Okra tot de sportclubs en de Jeugdbond Natuur en Milieu: samen engageren ze één miljoen vrijwilligers, één op vijf van de Vlamingen. We zijn trots op zoveel engagement voor een plek waar mensen zich amuseren, zich erkend voelen, sociale vaardigheden opbouwen, in groep ondernemend worden. Samenleven gebeurt bottom up, niet top down.

Samenleving in het rood

Het is tijd dat de samenleving niet langer geldt als een vervelende uitgavenpost, maar als een bron van inkomsten. Van ideeën, van onderzoek, van verbeelding, van oefening in de nieuwe tijd. Spreek mensen aan op hun waarde, ook los van hun werk. Haal het volle potentieel uit vrijwilligers door extra te investeren in hun professionele omkadering. Alleen wie zich als mens gesteund weet, kan zijn vermogen aanspreken om iets terug te geven. Betrokkenheid in buurten komt er niet omdat een regering dat ordonneert, maar omdat mensen elkaar vinden in iets gemeenschappelijks. Een vitale samenleving waarin iedereen kan participeren, heeft goede publieke voorzieningen en een sterk verenigingsleven nodig. Om méér te doen, om samen meer mensen, jong en oud, te verbinden. Om vooruit te kijken.

Dingen in beweging zetten doe je niet door ze in een keurslijf te knellen. Net als haar federale zuster gaat de Vlaamse regering prat op haar strakke huishoudboekje, maar ze rijdt intussen de hele samenleving in het rood. Ze wil meer jobs, maar zaait in vele sectoren juist ontslagen en niet-vervangingen. Zelfs wie het moeilijk heeft, wordt niet ontzien. De duurdere zorgpremie en waterfactuur in januari. De hogere tarieven van tram en bus in februari. De besparingen op de opleidingscheques in maart. Minder werkingsmiddelen in het onderwijs in april. Het besluit om de kinderopvang duurder te maken in mei. De aderlating van de VRT en van kunstprojecten in augustus. Het hogere inschrijfgeld in het hoger onderwijs in september. De nieuwe stijging van de water- en stroomfactuur vanaf januari… Maand na maand na maand.

Engageer de grote vermogens

Het lijkt allemaal onafwendbaar en onvermijdelijk: ‘Iedereen moet zijn steentje bijdragen.’ Iedereen? De grote vermogens en de grote bedrijven worden net bevoordeeld. De minister-president zei het zo: ‘Ik ga er prat op dat we al onze extra maatregelen om de ondernemers te ondersteunen volledig financieren met middelen uit de besparingen.’ Besparingen als transfers naar ondernemingen. Natuurlijk kunnen zij veel betekenen, maar bloeiende bedrijven in een omgeving zonder koopkracht zijn als cafés zonder bier.

Zo groeien akelige ongelijkheden. Het rijkste 1% van onze bevolking beschikt over meer vermogen dan de 60% minst rijken. Dit beleid werkt averechts: de staatsschuld stijgt van 101% van het bnp in 2013 naar 111% vandaag. Nee, we kunnen niet alles betalen als de toplaag de dans ontspringt. Een groot deel van de bevolking vraagt al jaren om een vermogensbelasting, maar de aanpassing van de schenkingsrechten is… vooral een geschenk voor de rijken. Wat maakt grootaandeelhouders méér waard dan een gemiddeld gezin? Hebben we het echt zoveel beter dan in pakweg 1875? Als het beleid de achterpoorten sluit en iedereen correct belast, zijn alle besparingen op waardevolle gemeenschapsinitiatieven helemaal niet nodig.

Nieuwe uitdagingen, nieuwe oplossingen

Alles begint bij het besef dat de vele uitdagingen die op ons afkomen, nieuwe oplossingen vragen. Tegen vergrijzing of toenemende ongelijkheid helpen geen besparingen. Tegen het aantal vrouwelijke zelfmoorden in België, het hoogste in Europa, helpt geen aangeschroefd arbeidsbeleid. De opwarming van de aarde hou je niet tegen met nog meer investeringen in koning auto. Privatisering van openbare voorzieningen zou de kwaliteit verhogen, maar de Britse en Nederlandse ervaring wijst op het tegendeel. In Griekenland wordt er een waar slagveld mee georganiseerd.

Een jaar geleden meldde de Vlaamse regering trots dat ze voor welzijn 65 miljoen vrijmaakt. Maar intussen heeft ze de jaarlijkse investering in het VIPA, het Vlaamse infrastructuurfonds voor ziekenhuizen, welzijnscentra of kinderdagverblijven, teruggebracht van 280 miljoen tot nul euro. In woonzorgcentra vindt de helft van de werknemers zijn job niet langer werkbaar. In sommige rusthuizen zorgen besparingen ervoor dat natte pampers de volgende dag opnieuw gebruikt worden. Is dat het menswaardige Vlaanderen waarin we willen leven?

Op de vlucht voor onrecht en oorlog, staan gezinnen vandaag op de drempel van onze voordeur. Het oude model schiet prompt in het harnas, het nieuwe model ziet mogelijke toegevoegde waarde. Wie heeft het hart te beweren dat ons absorptievermogen is bereikt? Hoeveel mensen en kinderen moeten er nog als wrakhout aanspoelen? Sommige politieke leiders brandmerken hen als nieuwe profiteurs. Maar niet de vluchtelingencrisis heeft de volkshuisvesting en de sociale zekerheid onder druk gezet, wel het federale beleid. Het is ook dubbel gemeen om vluchtelingen te willen gebruiken om arbeidsvoorwaarden af te breken.

Vluchtelingen afwijzen of misbruiken is onszelf de kans ontzeggen op menselijk perspectief. Daarom is de golf van solidariteit om de vluchtelingen welkom te heten, zo hartverwarmend. Geen muur zal alle kenteringen stoppen, of het wordt een gevangenis voor onszelf. Beter kunnen we zoeken naar een constructieve oplossing. Kiezen voor de vlucht vooruit.

Doe de verrekijker

Wij, burgers en middenveld met goesting in een alternatief, komen vandaag met een aanbod, een open voorstel. Het mag wel duidelijk zijn dat het beleid de uitdagingen niet langer alleen aankan, terwijl de kwaliteiten van zoveel mensen onaangesproken blijven. Kunnen we, in de geest van de nieuwe tijden, ons niet samen iets anders verbeelden? Een model ontwikkelen waarin waarde boven winst gaat? Rijk is een samenleving door goede zorg, sociale zekerheid, bloeiende cultuur en natuur, degelijk onderwijs, wetenschappelijk onderzoek, vlotte toegang tot sport en mobiliteit. Die rijkdom is van iedereen. Haar pasmunt heet solidariteit.

In een tijd die roept om nieuwe verbindingen, en met een regering die ‘verbinden’ uitdraagt als een basismotto, zullen we het anders moeten aanpakken. Wij, burgers en middenveld, hebben de expertise, de ideeën en het netwerk om veel mogelijk te maken. Wij hebben het al begrepen, we zien het elke dag, in heel Europa: het huidige systeem van geldgewin, ongelijkheid en concurrentie is niet meer houdbaar. Ook voor ons blijft het nieuwe model nog een oefening, maar we zijn er klaar voor. Het is ook heel tastbaar. Hart boven Hard is een gedachte rond gedeelde kracht en samenwerking die werkelijkheid is geworden. Met onze brede achterban, met veldwerkers en wetenschappers, willen we de komende jaren nog meer werk maken van de alternatieven, van onderuit. Samen willen we nog meer hart tonen, nog meer verbeelding, nog meer verantwoordelijkheid.

Want de samenleving moet verder kijken. Verder dan de snelweg. Verder dan de besparingen. Verder dan de markt. Verder dan het parlement. Verder dan Vlaanderen, verder dan België, verder dan Europa. Daarom is het centrale beeld van Hart boven Hard een kind, dat ons een verrekijker ophoudt. Omdat onze samenleving méér waard is.